Brieven
Dit is deel 3 tot en met de laatste brief van del Court - van Sijpesteijn 1858
Allen geschreven aan, en bewaard door, Jan Willem van Sijpesteijn (1816 - 1866)
20 november 1852. Brief van broer Ascanius. Met een foto van de toen gebruikelijke enveloppe (ook wel couvert). Ze waren zo'n 6 bij 12 cm.
Paramaribo 20 nov 1852
Beste Jan! Ofschoon maar zeer weinig tijd hebbende daar ik straks met den Gouverneur op reis moet gaan en natuurlijk alles op mij nederkomt, zal ik je eenige regelen schrijven om je te zeggen hoe goed het ons gaat Trui en de lieve kinderen zijn perfect wel Uwe brief per laatste mail van 12 oct is ons perfect wel geworden. Hartelijk verheugen wij ons in je geluk en wees zo goed je aanstaande zeer voor ons te groeten. Ik ben tegenwoordig onophoudelijk met den G. in het touw, op reis, in commissie enz, zoodat ik maar weinig tijd heb Later zal ik met alle genoegen je verschilende commissies bestellen en bezorgen, maar het is nu nog wat druk. Reken dat je tegen 1ste Maart een fameuse bezending krijgt. Ik ben druk bezig om spoorweghout in orde te maken om aan B. Reitz te zenden.
Het is nu een mooi oogenblik. De G. feliciteert je zeer Het is een beste man. Vooral met die regen heb ik hem goed leeren kennen en alle dagen bevalt hij mij ook beter Het is een alle liefst mensch en Mevrouw ook door zijne | krasse maatregelen zal hij hier wel veel vijanden krijgen, maar dat is niets Dat was noodig. Wij verlangen zeer naar Mr de Man en een nieuwe garnizoenskom:t. Wij gaan over een dag of 10, zoodra ik van de reis terugkom verhuizen. Mijn oude huis waar
ik vroeger boven heb gewoond, maar nu geheel. Mr: de Veer heb ik gisteren een lange brief geschreven. Vele groeten van Bram die je zeer feliciteert met je engagement: Ik zal je veel moois zenden, maar je moet wat geduld hebben. Herman heeft het daguer: van Mama bij vergissing gehouden tusschen zijne portretten vraag er hem dus naar: dat komt nu gelukkig Ik heb hem met een zeilschip eergisteren geschreven. Ik feliciteer je zeer met je mooije cadeau
van de Rit. dat is een mooi souvenir. en een heele satisfactie voor je. Ik heb ongelukkig het portret van Mama aan Herman gelaten in plaats van een der anderen. Vraag het hem dus; nu komt het net goed. Ik heb Mr. de Veer over hem geschreven. Ik ga een heuvel op mijn eigen houtje doen met hout; ik ben bezig dat van de boschnegers op te koopen. en laat dit bewerken op de goede maat. Schrijf mij eens en informeer eens welke maat (precies) zij het harde | hout willen hebben, voor trekbouten en dwarsliggers. Ik heb aan den G een heel rapport over het aankoopen van beddinghout ingeleverd, terwijl ik persoonlijk de Bruin zal schrijven. Ik zal hem dan ook monster hout en ... zenden. Wat zouden er fameuse zaken met hout hier in Suriname te doen zijn. Kon ik maar over een paar duizend of
een 4 duij disponeren, maar het is alleronaangenaamst voor mij, dat verdomde geld zoo vast op het grootboek zit Ik zou hier ten minste altijd 8% kunnen maken en met plant. of hout wel 25. Eene plantage koopen heeft echter ook weer zijn nadeelen daar men zoo eene groote som als 25.000 moet besteden, voor iets dat toch zeer precair is, daar als het art 92 van het nieuwe Regt aangenomen wordt, de heele boel op de flesch gaat hier. Ziet eens uit of gij mij niet op eene of andere manier een 4 of 5 duizend guld kunt bezorgen, waaarvoor mijne gelden op het grootboek borg spreken. Hoe is het nu met de aanstaande conversie, mag ik
het er dan afnemen à ... of moet ik het maar voor lief aannemen dat zij mij in plaats van 600. 450 rente krijg. Hoe gaat dit? Johanna wordt alleraardigst. Zij wordt zoo vlug als een kievit. a propos mag ik hier voor mevr Vredenburch een plantenkist laten maken, dan kan ik hem steeds heen en weder zenden met mooije planten, palmen enz. maar zoo'n | kist kost ± 25.00. Mooije ananasplanten van Trui. Bram en de G. laten u ook groeten. Doe onze beste groeten aan Jeanne, en al onze kennissen en vrienden adieu vaartwel, laten wij elkander nu al is het een enkel woord, als het kan met elke mail schrijven. Het is hier zoo aangenaam, zoo vast te kunnen zeggen, morgen krijg ik een brief. adieu vaartwel steeds uw hartelijk liefh. broeder Ascanius neem 1/2 lot in de loterij voor mij of laten wij zamen
een heel nemen. Ik heb veel idee op geluk adieu. Lees de brief voor de zusters ook en doe deze brief en wissel (in elkander in een couvert aan H Buse te Haarlem. Ik kon nu geen couvert omdoen. adieu Koop voor mij een tilburij tuig voor een middelmatig paard.eenvoudig en netjes met haam zend mij dat zoo spoedig mogelijk
17 maart 1853. Brief van Ascanius en Trui. 17 maart 1850 was hun trouwdatum.
Paramaribo 17 maart 1853
Beste Jan! Ik wil deze mail niet laten vertrekken, zonder je een paar woorden te schrijven, hoewel ik maar een oogenblik tijd heb. Ik ga straks met de Duitsche commissie voor 3 weken op reis en heb dus maar tijd om een oogenblik te schrijven. de zusters willen ook komen koloniseren hier en ik geloof dat dat mij ook een massa werk en reizen zal geven. Mijn werkkring tegenwoordig is magnifiek, want ik ben geheel adviseur in die dingen. Met de laatste mail heb ik geen brief van je gekregen en dus tekort mijne laatste niets te beantwoorden Ik wil je alleen zeggen dat je wat geduld moet hebben tot ik je in eens eene zeer groote bezending zal sturen. daar mijn hoofd omloopt van allerlei drukten Ik ben perfect wel met den Gouv: en mijne betrekking laat niets te wenschen over. Nu moet ik je melden dat Bram mij heeft laten lezen een brief van de oude de Veer (die ons in den laatsten tijd niet meer schrijven) waaruit blijkt dat hij zeer gebeten is dat je er niet eens met Jeanne geweest zijt, dat het hem zeer speet daar hij zooveel van je hield, niet wist waaraan toeteschrijven leij. Komt gij, gaat er dan eens na toe, al is het een oogenblik, want dan zal het in eens uit zijn. Je kunt je dan vanzelf redeneren, maar | schrijven zij er misschien meer aan toe, als er van is, en ons schijnen zij het ook kwalijk te nemen. Trui heeft zooveel beleefdheden van hem genoten en ook ik; terwijl de Veer mij ook nog veel kan doen, dat je mij groot genoegen zoudt doen er eens heen te gaan. Het speet Bram ook zeer, en ik geloof zij je met open armen zullen ontvangen als je er komt Nu amice, ik schrijf je de zaak ronduit, maar heb geen tijd omstandig te zijn.Trui zal hieronder vervolgen en ik moet weg. Duizend complimenten aan Jeanne en alle vrienden en kennissen. Geloof mij steeds met
de meeste vriendschap in de hoop van spoedig je geluk te vernemen, je hartelijk liefh broeder Ascanius |
19 Maart
Beste Jan! Sijp heeft u een paar dagen geleden geschreven en nu zal ik den brief vervolgen, zijnde met de kindertjes op LustenRust bij de oude luitjes gelogeerd.
Wij zijn allen wel, en ik hoop Sijp ook; zijne reis heeft ons zeer teleurgesteld daar wij dachten den dag van heden regt genoegelijk te vieren en toevallig moest hij den 17den op reis: ik feliciteer er u allen mede, en hoop wij nog dikwijls dezen dag zullen mogen vieren. Ik hoop | spoedig te hooren gij getrouwd zijt, eene mooije reis zal zeker daarop volgen niet waar? ik hoop gij ons een journal er van zult toezenden.gij moet Jeanne regt hartelijk voor mij groeten, en haar de verzekering geven hoe het ons spijt niet in persoon kennis met haar te kunnen maken, daaglijks zijt gij beide het onderwerp onzes gesprekken, en wij wenschen u zoo dikwijls
alles goeds toe in uw aanstaand huwelijk. wij hebben van verscheidene menschen gehoord wat een lief vrouwtje gij weldra zut bezitten; de gedachte u weldra
gelukkig getrouwd te weten, is ons zoo regt aangenaam. Ik heb een verzoek aan U en wel of gij zoo goed zoudt willen zijn om bij de Veers eene visite te doen,
zij zijn er zeer gevoelig aan, dat gij er geene visite met Jeanne hebt gemaakt, als gij 't kunt; dan zult gij ons pleizier doen; want, zij hebben mij altijd veel
vriendelijkheid bewezen, vooral Tante.| Ascanius heeft het fameus druk tegenwoordig, altijd door reizen en trekken, ik weet hij wel een week of drie zal uitblijven, voor mij is het aller onaangenaamst, maar het bewijs van vertrouwen dat de Gouverneur hem schenkt, door hem in deze verschillende commissies en in andere zaken te kennen, is voor ons beide veel waard. Gij hebt ons veel genoegen gedaan met uw portret het lijkt perfect goed, wij hebben het dadelijk opgehangen, en
allen die u kennen vinden dat het goed lijkt; ook de medailles zijn magnifiek mooi, zeer fijn, bedank Mevrouw v Vredenburch zeer voor ons. Onze kindertjes zijn
spring levend, Johanna wordt aller aardigst, zij is zoo slim, en al wat zij hoort babbelt ze na; Cornelis is een ongehoorde dikke knaap. Nu adieu beste Jan ontvang met Jeanne onze beste groeten waarbij Papa en mama ook velen voeg, vele kusjes van de kindertjes en geloof mij steeds uwe toeg. zuster G S Van Sijp: | (zijkant)
Wees zo goed beste Jan, en denk om Herman, want dat kereltje wil volstrekt niet voort Zijne brieven zijn treurig.- bezorg svp deze brieven naar Haarlem en aan Tante. Adieu
11 mei 1853 trouwden te Den Haag jkr. Jan Willem van Seijpesteijn met Jkvr. Adriana Wilhelmina (Jeanne) van Vredenburch.
12 september 1853. Een brief van Jan Willem zelf! Hij hielp met een geheim rendez-vous tussen del Court en Ant.
WelEdelGeboren Heer!
Zoals Ued zich wel zult kunnen voorstellen heeft mijne zuster Anna, die thans bij mijne schoonmoeder buiten gelogeerd is, mij medegedeeld de gewigtige zaken, die haar in deze oogenblikken bezighouden, en ook Ued betreffende zijn. Zij heeft mij te kennen gegeven Ued verlangen, om bij van Doorninck een dagje te komen: ten einde haar aldaar te kunnen ontmoeten. Dientengevolge heb ik vermeend Ued te moeten doen opmerken dat van Doorninck en Cateau op hun vertrek zijnde naar Hanover, bij tante Rendorp zijn gelogeerd, en het dus niet raadzaam schijnt, om te trachten mijne zuster aldaar te spreken. Mijne schoonmoeder, mijne zuster zeer sterk geengageerd hebbende om nog eenige dagen buiten te blijven, zoo is hun vertrek naar Haarlem nog niet bepaald, en |
om die reden stel ik Ued voor, zoo het Ued voornemen toch mogt zijn te s'Hage te komen, van mijn huis gebruik te maken, wanneer de gelegenheid zich zal kunnen opdoen mijne zuster te ontmoeten, zonder dat daardoor de minste aanleiding tot bemerkingen van anderen zou worden gegeven. Mogt dit voorstel Ued aangenaam zijn, dan wilt de goedheid hebben, mij te schrijven, welken ochtend (na woensdag, daar wij over dinsdag reeds beschikt hebben) het Ued het best zou convenieren mij een bezoek te brengen. Intusschen heb ik de eer, met achting te zijn, WelEdelGebHeer! Van UwEdgebUwdienaar J W van Sijpesteijn
s'Hage 12 sept. 1853
P.S. adres Nieuwe Uitleg 5 huis van den hoek bij de kanongieterij
13 september 1853. Brief van del Court. Het 'gewigtig onderwerp' zal zijn verloving met Ant zijn.
Haarlem den 13 September 1853
Hoogwelgeboren Heer! Bijzonder aangenaam was mij uit uwe geeerde uw vriendelijk voorstel te vernemen. Volgaarne zal ik van die geschikte gelegenheid gebruik maken. Donderdag door de Regtbank verhinderd, hoop ik vrijdag, den 16 dezer, te komen en zal, met den trein van 12 ure, van hier vertrekken, ten einde, circa 2 ure, bij u te zijn. Wil de goedheid hebben, zoo dag of uur U niet mogten schikken, dit mij te schrijven, als ook zoo het u beter toescheen, dat ik mij vooraf bij Uhwg. aan het Departement vervoegde. Ik behoef U niet te zeggen hoezeer ik verlangende ben dit uitstapje te maken. Bovendien doet het mij zeer veel genoegen hierdoor in de gelegenheid te zijn. om met U te spreken over een zoo gewigtig onderwerp, dat mij thans zoo geheel bezig houdt en waarbij ik vertrouw op uwe belangstelling en raad te mogen rekenen, Bij dat vooruitzig wil ik liever hierbij niets voegen, dan regrets à qui de droit. Intusschen heb ik de eer, mij met gevoelens van hoogachting te noemen uwhoogwelgeb uw dienaar dCourt.
15 november 1853. Brief van tante E.A. van Sijpesteijn uit de Kruisstraat in Haarlem. In september was haar broer Wigbold gestorven. Nu woonde ze alleen in het huis.
Lieve Vriend, hartelijk dank voor uwe llieve letteren gisteren morgen ontvangen, groot genoegen deedt het mij dat u aan mij dacht, in het vooruitzigt van lieve betrekkingen bij u te hebben; maar lieve jan behalve ik mij weinig gestemd voel, van onder menschen te zijn, zoo heb ik de groote verkeerdheid van vreeseijk,
(ja laat ik het maar noemen zoo als het is.) bang te zijn op de spoor wegen, en het wezenlijk een plaag voor mij is! Echter geloof mij dat hij mij kost het genoe-
gen te missen van u en uwe lieve vrouw niet eens in een lief huis houden te zien. en zoo dood mij het leven spaard, zoo is mijn vast voornemen u later eens te komen zien per schuit, hoe prozaisch dat moge schijnen, is het voor mij waarlijk een genoegen op die makkelijke, langzame manier | te reizen, nu hoop ik maar niet lieve vrienden, u het mij ten kwade zult duiden, dat ik van uwe vriendelijke uit nodiging geen gebruik maak; toch hebt u mij genoegen gedaan, met mij te vragen, ieder bewijs van vriendschap, van hen die ik lief heb, is mij oneindig veel waard, en het gemis ervan een verdriet. Dus lieve vriend dank ik u hartelijk voor uwe goedheid naar mij, De lieve Ant, is regt in haar schik en DelCourt bevalt mij hoe langer hoe meer, God schenke zijne zegen op deze verbintenis, u weet hoe veel ik van uwe lieve zuster houde, en hoe haar geluk ééne mijner dierbaarste wenschen is! mijn eenzaam leven gaat treurig voorbij doch maakt mij niet |
ongevoelig voor het geluk van hen, die mij lief zijn, al kan ik er niet met die vroijkheid in deelen, die anders zeker het geval zoude zijn! ook het geluk lieve
vrienden dat u te wachten is, doet mij groot genoegen, en moge die vermeerddering van uw huisgezin steeds tot in late dagen uw geluk vermeerderen!
Nu adieu, lieve Jan na u nogmaals voor uwe lieve attentie bedankt te hebben, waan ik mij als altijd ook van u, lieve Jeanne uwen liefh. Tante
E:A: van Sijpesteijn
Haarlem 15 nov: 53
3 oktober 1853. Del Court is verloofd met Ant en dolgelukkig.
Haarlem den 3 October 1853
Zeer Geachte Heer en Vriend!
Uit den brief van onze Anne, ik mag zeggen onze, want Anne meldt U hare beslissing, verneemt gij mijn geluk. Ik zal U dat geluk niet beschrijven, Gij kent het bij ondervinding, doch neen, men moet zoo rijk en zoo beproefd zijn geweest als ik, en weder zoo veel bezitten, om te kunnen beoordeelen wat ik thans ondervind. Ik mag en moet U vertrouwelijk schrijven, dat het besluit, waarvan ik thans de uitkomst zegen, door mij niet in overijling is genomen, Ik ben er zonder te weten hoe toegekomen en heb het daarna lang en rijpelijk overwogen. De lieve hoedanigheden van Anne zijn hier wel bekend, dan ik mag gerust, zonder verblinde
ingenomenheid aan U, haren broeder, zeggen; dat ze nog niet hoog genoeg worden gewaardeerd. Mijn innig streven zal zijn, Haar waardig te zijn en met al mijn vermogen haar geluk | bevorderen. Zeer gevoel ik mij aan U en Mevrouw verplicht voor de vriendelijke ontvangst ten uwent. Deze heeft mij in de gelegenheid gesteld; om op eene vertrouwelijke en gepasten voet Anne nader te leeren kennen, dat anders welligt moeijelijk zoude geweest zijn. Ik verzoek U en Mevrouw daarvoor mijnen opregten dank te willen aannemen, ik beveel mij in Uwe en Hare vriendschap. Met respect verzekering aan Mevrouw heb ik de eer met achting en vriendschap te zijn U Hoogwelgeb uw dienaar en Vriend delCourt
22 december 1853 trouwden te Haarlem mr. Aelbrecht Arent del Court en Jkvr. Elisabeth Anna Petronella van Sijpestejn.
20 mei 1854. Brief van Jeanne aan Trui. Het eerste kindje van Trui en Jan, Maria Adriana, was geboren in februari 1854.
Paramaribo 20 Mei
Lieve Jeanne! Daar de brief van Ascanius morgen weg moet, zoo voeg ik er gaarne nog eenige regels bij voor U, hopende ze U met Jan en de lieve kleine in goede gezondheid mogen aantreffen, aangenaam was het ons slechts goede berigten van U te mogen ontvangen; hoe gaarne zouden wij ook uwe kleine Maria eens zien, en knuffelen. zij is nu den vierentwintigsten dezer reeds drie maanden, nu is de moeijelijkste tijd bijna over; verlangend ben ik om eenen brief van U te krijgen waarin gij ons en détail over 't lieve kindje schrijft. voor dezen kan ik U ook de goede ontvangst der kist melden, alles is perfect geconserveerd gebleven; hartelijk dank voor al uwe goede gaven ons toegezonden, wat een beelderig kraagje hebt gij mij gezonden, 't is door velen bewonderd, en ik zal het met genoegen als een souvenir aan | U gebruiken; ook de portefeuille van Ascanius is zoo mooi, wij zijn zeer gevoelig aan uwe vriendelijkheid; ook verzoeken wij u Mevrouw Uwe Mama zeer voor het ons toegezondene te bedanken, wij vonden het zoo vriendelijk van HEd: dat wij er verlegen mede waren. De heerlijke
bouillon sardines, vruchten op brandewijn. enz: hebben onze provisiekast verrijkt, gij overlaad ons met zoo veel goeds; ook de kindertjes waren regt gelukkig bij het open maken der kist, toen zij al de poppen ( die waarlijk heel lief zijn,) te voorschijn zagen komen; de voorloop ketel en prenten gaven ook groote vreugde; zij zenden u vele kusjes voor al dat moois. Ook de oorbellen zijn precies zoo als ik ze gaarne zou gehad hebben, ik dank U en Jan zeer voor de moeite, even als
voor de schoenen; ik ben er waarlijk verlegen mede. dat ik u eenige last gegeven heb met het terugzenden der schoenen, had ik gedacht het eenige moei |
lijkheid zou hebben, ze te verruilen, ik zou U waarlijk niet hebben durven lastig vallen er mede; zou Jan zoo goed willen zijn Berenbak zijne rekening te betalen,
en bekommer U niet over de schoenen het komt er niets op aan; alleen zou het mij spijten als ik er U eenige moeite door veroorzaakt had. Acht dagen
geleden is Ascanius van ...zorg teruggekeerd, in dien tijd dat hij weg is geweest heeft hij weder koorts gehad, en heeft dus in hetzelfde lot gedeeld als ik; hij zag er dan ook bij zijne terugkomst niet zoo goed uit als ik mij gevleid had het geval zou zijn, door eene kleine variatie, en wat minder bezigheden; als men eens hier in 't land aan het sukkelen is, gaat het moeijelijk geheel te herstellen, nu en dan krijg ik ook koorts, dan weder hoofdpijn, en allerlei kwalen; maar als het over is dan denk ik er maar niet meer om; want het wordt zoo vervelend om altijd ziek te zijn, en ik geloof dat de warmte er ook veel toe doet; het kan soms | zoo drukkend zijn; maak U volstrekt niet ongerust over ons; want alles zal zich langzamerhand wel schikken, Ascanius moet maar ferm bouillon en een glaasje portwijn gebruiken; men heeft mij aangeraden om ijzer te gebruiken, daar ik mij nogal goed bij bevind. daaglijks spreken wij over den tijd dat wij kennis met U zullen maken; en stellen ons voor om nog zoo regt veel in Holland te genieten; alleen de gedachte ons van Papa en Mama te scheiden die ook zoo aan de kinderen gehecht zijn, maakt het weg gaan van hier treurig,anders zou Suriname op den duur weinig liefs voor ons hebben, schoon wij heel tevreden zijn voor
het tegenwoordige. Over een week of drie hoop ik U wat geconfijte annanas te zenden, ik ben er aan bezig en hoop maar dat het goed uit zal vallen, want gij moet weten 't is voor het eerst dat ik het doe volgens een recept. Nu lieve Jeanne zal ik dezen maar eindigen, vele groeten aan Jan en duizend kusjes aan uw dochtertje voor ons, en geloof mij met toegenegenheid Uwe liefh. zuster Truitje
4 juli 1854. Brief van Ascanius. Over de drukproeven van 'Beschrijving van Suriname. Historisch, geografisch en statistisch overzicht uit officieële bronnen bijeen gebragt' (Den Haag, 1854).
Paramaribo 4 julij 1854 Nr 15
Beste Jan! Hoewel ik geene plan had om U niet deze mail te schrijven, wil ik de gecorrigeerde proeven niet laten vertrekken zonder er je een woordje tot ophel-
dering bij te schrijven. Voordat ik daar toe overga moet ik U zeggen dat ik in eene razende drukte van verhuizen zit. In de laatste 8 dagen is Trui weer veel erger, zoodat ik maar in eens een manmoedig besluit heb genomen om te verhuizen en te zien of dat zal helpen. Ik behoef U niet te zeggen hoe naar dat sukkelen is, maar ik houd maar goeden moed en wij stellen ons nu weer verbetering voor van de verandering. Het spijt ons beiden zeer uit dit huis te gaan, waar wij zoo
geheel vrij en aangenaam woonden. Onze kinderen zijn goddank wel en het gaat met mij nu ook weer beter. Ik leef anders wel in ongerustheid over die aanhoudende verzwakking van Truitje. en het gaat in den laatste tijd zeer | achteruit met de krachten. Wat zijn we verheugd met de goede tijding die wij steeds van U, Jeanne en uw lieve KIndjes ontvangen. Van harte wenschen wij in alles het beste. Eene goede tijding kan ik U me entre nous geven, dat de G: mij bij eene brief
aan Pahui van 2 julij officieel heeft voorgedragen tot ridder. N.L. als dat dus goed gevolg heeft, ben ik er glad uit. Hij heeft mij die voordragt laten lezen en die was magnifiek. Met de Wilhelmina kapt: Kluit hebben wij U allen geschreven en het een en ander gezonden. Ook 2 kisten met ananassen perfect goed gecondit:, die wij van ganscher harte hoopen goed bij U zullen komen. Hij is gezeild op 27 junij. Hiernevens krijgt gij nu terug de veranderde aan mij gezondene vellen. ik geloof wel dat het al afgedrukt is, zoodat het niet meer kan veranderd worden, maar wees zoo goed dan eene errata te doen drukken, waarin dat alles is opgenomen. Vele fouten in eigennamen waren moeijelijk bij U te verifieren. maar maak Schiffe | laar een fameus standje, want vele prouveren dat hij zeer slordig de proeven heeft nagezien. bv. 210 inpl. van 21. Nederland 3 maal in plaats van Suriname. Plantea in plaats van Planteau. beneden come: inpl. van boven com: etz. Het spijt mij beste Jan ik U zoo veel moeite geef. Wees overtuigd ik perfect apprecieer welke moeite ik U veroorzaak. Het is altijd zeer moeijelijk. corrigeren van vreemde namen daar iedere fout daarin hier gemerkt wordt die in Holland niet wordt opgemerkt. Ik verlang zeer om de rest te ontvangen en dank U voorloopig reeds
duizendmaal voor alle genomene moeite Eene errata kan zeker goed geplaatst worden. De kaartjes zijn zeer goed, maar niet zoo mooi als de lithographie
van oorlog, van mijne kaart. Maar het is toch een zeer duidelijk en goed kaartje en daarop is geene fout. Gij hebt een paar mooije noten over de ingenieurs gemaakt. De handteekeningen heb ik nog niet van allen. Daar werk ik druk aan. Maar dat komt niet meer in dit boek. dat is goed later voor ons | tijdschrift, dat nu ook spoedig zal verschijnen Spoedig schrijf ik je weer. Wie weet hoe spoedig ik een benoeming door je hoor. en nu beste Jan zal ik deze eindigen. Vaarwel duizende groeten van trui en van ons aan Jeanne. Als gij gelegenheid naar Haarlem hebt, zeg dan ik in de drukte van verhuizen at en niet kon schrijven. Maar met
eene volgende. spoedig hoop ik U ook wat beterschap van Trui te melden. Adieu vaarwel met uwe lieve huisgenoten, geloof mij steeds, uw hartelijk liefh broeder Ascanius
De port der maibrieven is nu weer verminderd en bijna gelijk aan de zeilschepen, wat eene mooije verbetering adieu. Zend mij bij gelegenheid 2 of 3 doosjes transparente ouweltjes zoo als deze.In De Navorscher Nr III van 185te staat eene vraag naar de kinderen van Johan Evertsen! Ik snor alles op.-
14 december 1857. De eerste (en enige) zoon van Jan en Jeanne, Catharinus Henri Cornelis Ascanius, was die dag geboren. Hier een paar felicitatiebrieven. De eerste is van Del Court. Hij en Ant hadden een paar dagen ervoor, op 8 december, een dochtertje gekregen. Helaas stierf de kleine Keetje een week na deze brief.
Haarlem den 14 dec. 1857
Van harte geluk, waarde vriend, met de voorspoedige bevalling van lieve lieve Jeanne: en dat van een jongen. Ik verbeel mij u beider opgewondenheid.
Wat is dat aardig beide die bevallingen, zoo bijna gelijktijdig en juist gelijk van verlangen. Beleef veel geluk aan den jongen Ascanius, of hoe hij mag heten en zal hij voorspoedig en goed op wasschen. Breng onze geluk wenschingen, hoe gaarne zoude Anna er een woordje bij voegen, aan de lieve kraamvrouw over. Zij herstelle spoedig, en deel ons spoedig goede tijding mede | Ik vind dat wij beiden nu zoo gezegend zijn, dat wij alle .... tot dankbaarheid hebben, Ik mag echter niet ontveinzen, dat mijn wensch niet is naar meer. Met Anna gaat het zoo gelukkig mogelijk. Boven bidden en wenschen. Zij zuigt en Keetje is lustig en gezond. Volgens de kenners is het een mooi kind, Ik moet echter erkennen dat ze magtig veel van haar collegaas heeft. Mijne jongens groeien goed, dan Gerard die voor herstel zijner gezondheid in Gelderland is, heeft daar weder de koorts gehad, Hij is anders redelijk wel. | Nu, het beste met den kleine en de lieve kraamvrouw, wees beide van ons hartelijk gegroet Kusjes van Marie en Anna. Geloof mij steeds met achting en vriendschap te zijn A.A. DelCourt
Gelukwensen van broer Jaap. Hij en zijn zus Ant waren buren op de Nieuwe Gracht.
Waarde broeder!
Ik haast mij u een paar regelen te schrijven om u geluk te wenschen met de gelukkige bevalling van Jeanne en de geboorte van een zoon dat uwe vreugde niet zal verminderen. Ik hoop dat de het met de kraamvrouw goed moge gaan en dat zij spoedig moge herstellen en dat de kleine goed moge opgroeien. Marie felisiteerd u en Jeanne ook zeer en voegt hare wenschen bij de mijne. Ik had u heden morgen dadelijk nadat ik de tijding ontving willen schrijven, doch heb gewacht, omdat Marie bij Ant ging en dat ik u alzoo omtrent haar iets konde mededeelen. Zij was zeer wel en Marie vond haar opzittend in haar | bed en zij was zeer wel en Marie vond dat zij er goed uit zag, de kleine is een lief kindje. Ant zuigt zelf en dat gaat perfect goed. Het doet mij voor haar ook veel genoegen, dat zij een meisje heeft. Deze wenschen van u beide komen goed uit. Hier is geen nieuws, Oom van Oijen gaat zachtjes achteruit, wat duurt dat lang met hem. Hij lijdt veel. Vele compl. van Marie en mij aan de kraamvrouw en wensch haar van harte spoedig herstel. Geloof mij intusschen uw liefh. broeder. Haarlem, den 14 dec. 1857 JwvanSijpesteijn.
Gelukwensen van zus Mie. Ze is, net als Jaap (en Jan), wat formelijk. Het lijkt erop dat alleen Ascanius en wijlen Cateau het opgewekte karakter van hun vader hadden.
Waarde broeder!
Van Hasselt wou niet voor heden avond aan u schrijven. Ik heb daarom ook gewacht met u een woordje te zenden om u van harte te feliciteren met de goede afloop van deze historie en de geboorte van uwen zoon ik kan mij verbeelden hoe welkom dat ventje wezen zal ik ben voor u beide en ook voor Anne | zoo blij dat gij allen zoo uwe wensch hebt. Mogt het verder goed gaan en de lieve Jeanne spoedig weder hersteld zijn. In Haarlem schijnt het zoo goed te gaan. Ik dank u voor beide brieven. De speelkaarten dan maar eens bij gelegenheid het heeft geen bijzondere haast. Adieu beste Jan. Ons lief kindje maakt het best, ik ben | weder wat ongesteld geweest. en nog niet geheel in orde. Van Hasselt is wel. Doe vele comp: aan de goede Jeanne ik denk veel aan de beide kraamvrouwen.
Ik hoop ... weder beter is, Groet allen hartelijk voor mij geloof mij steeds uwe u zeer lief hebbende zuster Maria van Hasselt woensdagavond
En felicitaties van tante van Oijen. Een hartverscheurende brief. Van Oijen stierf uiteindelijk op 30 december.
Waarde Jan! Met twee regels wil ik u van harte feliciteren met de bevalling van u lieve vrouw. En een zoon Jantje zijt gij niet groots. Ach ik deel in u geluk maar het is hier zoo naar dat ik niet schrijven kan van het praaten onwijze taal ach beste Jan zoo naar 10 weken wordt het zaterdag - dat de goede man zoo naar is geworden. God geve uitkomst want het is ellendig. God zij dank ik het zoo vol kan houden. Enfin bij u alles goeds wensch ik u. Alde mijnen hartelijke groeten aan de lieve kraamvrouw | Ascanius en de goede hartelijke Truitje niet te vergeeten. Dat is eigentlijk een best hartelijk mensch. Adieu Jan lief geloof mij U liefh: tante A C van Oijen 16 december
Ik word suf van die onwijze praat die ik hoor. van ochtend zat .... Ach Jan het is zoo naar dikke beenen dikke handen god geve uitkomst. Want het is geen leeven. Zeg dit aan geen mensch. Houdt dit voor u. Menig traan stort ik in stilte.
6 maart 1858. Brief van tante Philippine Druijvesteijn.
Haarlem den 6 maart 1858
Waarde Jeanne en Jan! het is mij aangenaam nu weder eens met mijne vrienden te kunnen praten en mij met hun te onderhouden, naa 4 maanden ongesteld
geweest zijnde, en alhoewel niet gevaarlijk, ben ik hard ziek gewesst, en de treurige beproevingen dien ik in dien tijd gehad heb, hebben mij ieder keer achter uit doen gaan; en nu ik beter worde gevoel ik eene vreesijke ledigheid in mijne gedachten en doen. De dood van het kindje van Anna deed mij zeér veel moeijte, mij zoo recht in haar geluk verheugd te hebben zoo in een eene ommekeer en waarlijk die lieve Anna was er diep bedroefd over en noch de goede DelCourt was ook
zeér ter néder geslagen, en de dood van oom van Oijen al hoewel de goede man ons bad voor hem te bidden naar zijn einde, geeft eene groote stilte daar aan
huis. ik was treurig tante niet te kunnen bijstaan die door gods zégen gesond is gebléven, en alles tot het laatst kunnen bij brengen tot zijn soulaas. | het schielijk afsterven van Oom Druijvesteijn treft mij zeér want wij waren zeér aan elkander gehecht, en doordien hij ook alleen was zagen wij ons dikmaals. maar door mijne ziekte had zulks in lang geén paats gehad. en hem niet te hebben kunnen oppasschen dit alles geeft mij eene naare indruk en daardoor ook lang geweest voor ik op mijn verhaal kwam maar nu sints veertien dagen koom ik werklijk aan, en de zenuwen ook weder op hunnen plaats; en gaa nu weder bij mijne vrienden bij Ant en Delcourt, koom ik veel ook bij Jaap en Marie en die zijn alle recht hartelijk voor mij. want hebben mij recht beklaagd en trouw als goud voor mij geweest, ik heb weder veél deelneming ondervonden, ook van veele vrienden hier in stad en dat deed mij goed: ik was in de onmogelijkheid uwe communicatie brief te beantwoorden want in dien tijd was ik zeér ongesteld maar nu van harte wil ik uw lieden feliciteeren en deelde toch zeer in uwer bijde geluk, en nu een zoon te bezitten | zal onse vriend jan niet weinig grootsch maken hope van harte de ongesteldheid dien ik hoor het lieve kind nu heeft van geéne ongunstige gevolgen mogen hebben en uw niet te veel angsten zal veroorzaken, uwe lieve moeder heeft mij nu ook eindelijk eéns geschréven was zeer treurig in mijne ziekte geen lettertje van haar te ontvangen, weés zoo goed haar voor mij te bedanken en weldra zulks zelfs zal doen, ook de lieve .........tante Annette is zeér op haar eigen ziet haast niemand en komt ook niet uit. Zij is in den Haag geweest, maar had uw lieden niet gezien: Anna is wel maar wat verkouden dit is een ieder de
kinderen bijde wel, en zeer lief bij Jaap is alles wel, en Jaap heeft neefje Druijvesteijn trouw geholpen de tijding van P Druijvesteijn is wel en was zeer wel
aangekomen, treurig is het idée als zijn brieven koomen noch aan zijn vader geaddresseerd. nu kan hij zulks wéten, vinde voor hem eene groote
voldoening noch hier geweest te zijn hij was recht hartelijk en zeer te vreden was zeer op zijn .... en had het goed en deed veel goed, met zijne ... dat ik altijd mooij vinde want dan is meer het waard, als men zijn evenment | hier door helpt dit heeft uwe zuster Maria ook wel van hem ondervonden daar hij zelfs naar toe is geweest: nu beste vrienden hope spoedig te vernemen uw lief kindje beter is. hoor uwe bijde meisjes zeer lief zijn en braaf groeijen de lieve Truitje zukkeld ook veel aan haar been, de visite van Delcourt en tante van Oijen zal hun genoegen gedaan hebben Ascanius lijkt noch al wel te zijn hope hij zijn minister behouden moge zouwde dit geloof ik naar voor hem vinden. Bu adieu beste vrienden het beste met uw kindje en verders gezondheid en twijfel niet aan de oprechte vrienschap van uwe altoos liefhebbende tante P.Druijvesteijn
Tante E: is wel ook wat verkouden eergisteren heb ik bij haar gegeten adieu
1858. Brief van zus Ant. Zij woonde Nieuwe Gracht huidige nr. 13. Tante E. is Elisabeth Anna van Sijpesteijn uit de Kruisstraat huidige nr, 11.
Lieve Jeanne!
Daar ik van avond een rustig avondje heb zoo zet ik mij eens neder om u eenige woordjes te schrijven. Met leedwezen vernam ik gij zoo tobde met uwe lieve jongentje. ik kan mij zoo begrijpen hoe angstig gij u beide zult gemaakt hebben. want al gaf het nog geen dadelijke zorg, zoo kan men niet nalaten zich spoedig ongerust te maken, wanneer zulke kleine schepseltjes iets schelen en gij zat zoo zonder kindermeis, alles kwam zoo te zamen. daar wij nu in eenige tijd niets gehoord hebben. zoo vleije ik mij het beter gaat. ik weet zoo van bij ondervinding wat het zegt angst voor lieve kinderen te hebben. mijne lieve kindje is mij
nog zoo een gemis. en alhoewel haar | bezit zoo kort was. zoo geeft het mij nog zoo een leegte in mijne gedachten. gelukkig zijn mijne twee andere gezond. zulke aardige lieve mannetjes die ons zoo veel vrolijkte geven. zij worden nu al zoo aardig. en kunnen zoo aardig met hun beiden spelen. veel reden van dankbaarheid. wanneer zij gezond en vroijk zijn. ik hoor ook zoo veel liefs van u beide meisjes gaarne zag ik ze eens. Met dit koude weder zullen zij net als bij ons wel in huis blijven. welk een guur weder. ik zag van avond in de courant er bij zulk een storm is geweest, er in het bosch boomen zijn ontworteld. hier is het harde wind nog geen erge storm ik ben ook in lang niet uit geweest, daar ik ook nog al eens hinder van koude heb en wacht nu maar op zachter weder. Gerard is wel beter dan heeft nu weder wat kiespijn kan er ook maar niet afkomen, Del Court houdt zich goed. het had | hem genoegen gedaan u allen eens weder te zien. bij Ascanius is het lang sukkelen geweest. die goede Truitje ik had zulk een medelijden met haar het schijnt toch nu iets vooruit te gaan. wat is het nu al lang, Sophietje schijnt een beelderig kindje te zijn gelukkig zij zoo wel is en zij daar zoo niets geen zorg mede hebben. wij hebben zulke aardige briefjes van Kees en Johanna gekregen. van Mie heb ik nog al goede tijding gekregen zij schijnt nu wel weder wat beter te worden, maar heeft ook zoo gesukkeld. ik denk zij in Mei hier wat .... logeren. regt aangenaam vind .... bij Jaap is alles wel. gisteren zijn zij hier geweest met Keetje die nu goed begint aan te komen, wij zien hun nu nog al eens dikwijls, dat mij veel genoegen doet zoo digt bij elkander. nieuws kan ik u van kees niet melden dat u zal interresseren ook gaan wij haast niet uit. Wij
zijn hiertoe natuurlijk niet vrolijk gestemd en passeren meest onze daagen huisselijk Tante E. zien wij nog al veel. door de tuin. van morgen heeft | zij hier koffij gedronken met de ijssel door de tuin gekomen. zij is dodelijk van onze Henri en Albert. die ook zoo veel van haar houden. Nu lieve Jeanne mijn papier is vol. veel liefs aan Jan en zoentje aan uwe lieve kindertjes veele groeten van DC en Gerard. gij moet eens aan Agemie zeggen zij mij geheel schijnt te vergeten
comp: aan haar ook uwe Mama en broers adieu
8 oktober 1858. Een brief van Ant. Er zijn nog veel meer brieven, geschreven aan Jan en / of Jeanne, maar de laatste zin uit deze brief vond ik wel een mooie afsluiting.
Waarde jan!
de 8ste wil ik niet voorbij laten gaan zonder u deze letteren te schrijven om u zeer te feliciteeren, en u alles toe te wenschen wat u aangenaam kan ziin en u gelukkig kan maken. Mogt gij nog vele jaren met Jeanne en uwe lieve kindertjes dien dagen vieren en dit jaar u weder in hun aller welzijn verheugen. Van tante Phiippine die nog een dag of drie op Rooswijk bij ons heeft gelogeerd, vernam ik goeden tijdingen van u allen. en dat de kinderen zoo lief waren. en uw kleine
Henrij zoo voorspoedig opgroeijde. ons lieve Keetje zoude nu ook al zoo zoo lief geweest zijn. onze andere twee worden regt lief en zijn geukkig tegenwoordig zeer welvarende | en hebben geen koorts meer. gij zult misschien wel al vernomen hebben er bij ons in Februarij weder een kleintje bij ons verwacht wordt mogt alles eens gelukkiger aflopen als de vorige keer het kan mij wel eens ongerust maken ik ben nu weder beter maar heb zoo aan pijn in de maag gesukkeld en wat
nooit nu ben ik nog al heel wel. wij zijn nu veertien dagen thuis van Rooswijk alwaar wij het mooij met het weder hebben getroffen. ik heb altijd veel genoegen
om daar te zijn als het weder wat goed is, de kinderen kunnen daar zoo vrij en vrolijk wandelen del Court is 5 dagen naar Gelderland geweest, en is van middag
weder terug gekomen. Marie vond hij nog al redelijk Zij is anders nog al naar geweest, het is naar dat sukkelen. ik hoop wij spoedig de tijding van Truitje | hare bevalling zullen horen. ik hoop maar alles goed af zal lopen met haar. weinig nieuws wat ik aan u van hier te melden. Zeker weet gij het engagement van Jeanette Fontein af is. dit heeft ons niet verwondert. en heb het altijd wel gedacht. tante Philippine is nog altijd rhumttiek en tante E heeft tusschenbeide nog wat koorts.
nu is zij eenigen tijd weder vrij. Jaap sukkelt er ook nog al aan. eergisteren avond zijn zij hier geweest. nu waarde Jan eindig ik deze del Court laat u zeer
feliciteren veel liefs aan jeanne en geloof mij uwe liefhebbende zuster Anna del Court 7 october 1858
ik hoop gij eene aaangename dag zult doorbrengen en ik zal met een glaasje wijn uwer indachtig zijn vele zoentjes aan de kinderen