Het huis in 1824
Inventaris van eenen boedel
Nieuwe Gracht wijk 6 N: 248
30 december 1824
Het huis in 1878
De vrouw van Jan Willem, Anna Maria de Bruyn Kops, was 4 juli 1824 te Heemstede overleden. 'Met nalating van drie kinderen en vaste goederen. wonende Nieuwe Gracht'. Ze was al langere tijd ziek en werd maar 40 jaar.
Jan Willem en Anna Maria hadden drie kinderen: Cornelia Maria Anna (20 december 1810), Pieter (15 april 1816) en de jongste, Aernoudt Jacob Jan (20 november 1818). Het gezin woonde hier van 1816 tot 1830.
De boedelbeschrijving geeft een unieke inkijk in hoe het huis in elkaar zat. Dit is wel het oude huis. Pas in 1878 kreeg het een opbouw, zodat er volwaardige zolderkamers kwamen, en een totaal vernieuwde voorgevel. Er waren nu minder, maar grotere ramen aan de voorkant. De voordeur werd lager geplaatst. Daarmee verdween de hoge trap naar de deur, evenals de ingang onder de trap voor het personeel naar het souterrain.
Inventaris van eenen boedel. In den jare achtienhonderd vierentwintig den dertigsten december achtienhonderd vierentwintig des voormiddags ten tien uren.
Ten verzoeke van den Hoogwelgeboren Heer Sr: Jan Willem Druijvesteijn, lid van den Edelen Achtbaren Raad dezer stad en griffier bij het vrederegt van het kanton Bloemendaal gea: (= geadmitteerd) wonende alhier te Haarlem aan de nieuwe gracht wijk 6 n: 248, eerstelijk als in gemeenschap van goederen getrouwd geweest zijnde met en thans weduwenaar van vrouwe Anna Maria de Bruijn Kops, overleden den vierden julij dezes jaars achtienhonderd vierentwintig, mitsgaders in gevolge Haar Ed. testament op den negenden november achtienhonderd negen voor den notaris Jacob Scholting en getuigen alhier gepasseerd, en den twee en twintigsten julij dezes jaars geregistreerd, geinstitueerde erfgenaam van dezelve zijne echtgenote, behoudens de legetime of indisponible portie aan dezelver na te meldene kinderen en dan nog in qualiteit als vader en wettige voogd over zijne drie door hem bij gemelde zijne overledene
echtgenote in huwelijk verwekte en thans allen nog minderjarige kinderen met namen Cornelia Anna Maria / Pieter en Aernout Jacob Jan Druijvesteijn, mede erfgenamen voor het indisponible gedeelte van dezelve hunne moeder.
In tegenwoordigheid van den WelEdelen Geboren Heer Cornelis Joannes de Bruijn Kops, lid van den Edelen Achtbaren Raad dezer stad gea: en alhier in de st. Jansstraat woonachtig, in qualiteit als toeziende voogd over de zoo even genoemde drie minderjarigen, zijnde tot dien door ZEd.
aangenomen post, benoemd bij besluit van de bloedverwanten en vrienden van gemelde minderjarigen in familieraad vergaderd onder voorzitting van den Heer Vrederegter van het kanton Haarlem N: 4, blijkens daarvan door gemelden Heer Vrederegter op den zeventienden julij dezes jaars uitgebragt procesverbaal, den een en twintigsten daaraan volgende geregistreerd.
Tot bewaring der regten van partijen en van alle anderen, die daarbij belang zoude mogen hebben, wordt door mij Willem Arnoldus Haselaar, openbaar notaris, residerende te Haarlem, in de provintie van Holland, noordelijk gedeelte, in tegenwoordigheid van de | nagenoemde getuigen overgegaan tot eene deugdelijke en getrouwe inventarisatie en begroting van den gemeenen boedel van voornoemden Heer requirant en Zijn Ed. overledene echtgenote en door laatst gemelde voor de helft met den dood ontruimd en nagelaten, zoodanig als dat alles ten huize van den Heer Requirant ter na te meldene plaatsen zal worden gevonden ofte anderzints door Zijn Ed. zal worden opgegeven.
De begroting der goederen zal geschieden wat betreft het huisraad, meubelen en inboedel, linnen klederen etc. door Juffrouw Johanna Vereeken, meerderjarig en ongehuwd, beëedigd schatster in de Groote Houtstraat, de paerlen, juwelen, gemaakt goud en zilverwerk, door den Heer Cornelis van Eeden, goud en zilversmid, mede in de Groote Houtstraat, het kraam hijacinthen en andere bollen, door den Heer Jan Keijser, bloemist, wonende aan de Heerenweg even buiten de Groote Houtpoort, en het natemelden huis en erve, door Jan Seelen, timmermansbaas op de Kruisweg en Nicolaas Roepius, metzelaarsbaas, tusschen de Kruisbruggen op den hoek van de Nieuwe Gracht, respectivelijk alhier woonachtig, als door partijen verkozen
deskundigen, dewelken en wel eerst gemelde op den eed bij den aanvang harer bediening gedaan
en door de overigen allen bij eede in handen van mij notaris afgelegd, hebben verklaard die respectieve begrotingen te zullen doen ter goeden trouw en naar hunne beste kennis en wetenschap.
En hebben daarop voornoemde Heeren Requirant en toeziende voogd, mitsgaders de deskundigen benevens acobus du Buy winkelier en Theodurus Erdtsieck, verver, beiden alhier woonachtig. als getuigen hiertoe espresselijk verzocht en mij notaris, na gedane voorlezing alhier getekend, omme te strekken tot hoofd van deze inventaris.
(Volgen handtekeningen) |
Dit gedaan zijnde is men overgegaan tot de inventarisatie zelve in maniere navolgende:
Huisraad, meubilen en inboedel, linnen, klederen etc: getaxeerd door Juffrouw Johanna Vereeken voornoemd.
In de Zijdkamer.
Voor de glazen: F 8:- Twee ophaalgordijnen, acht guldens. Op de vloer: F20:- Een groen en zwart gestreept kleed met witte randen, twintig guldens. Aan de wand: F 25:- Acht platen in lijsten achter glas, vijfentwintig guldens. Verder in het vertrek: F25:- Een haardkachel met eenig daarbij behorend gereedschap en een turf en hout mand, vijfentwintig guldens. F. 72:- Negen mahonijhoute stoelen, tweeenzeventig guldens. F14:- Twee taboeretjes
(= krukjes), veertien guldens. F25:- Een ronde mahonijhoute tafel, vijfentwintig guldens. F5:- Een tafelkleed, vijf guldens. F14:- Een verguld penant tafeltje (= hoog smal tafeltje tussen twee ramen) met marmerblad, veertien guldens. Daarop: F 25:- Een ballonlamp (= misschien bouilotte) , vijfentwintig guldens. F 80:- Een secretaire met een marmeren blad, tachtig guldens. Transport F313:-
Daarin: Papieren en objecten van geene waarde. F18:- Een mahonijhoute theestoof, achttien guldens. F 130:- Een dito buf(f)et met een marmer blad, honderdendertig guldens. Daarop: F 125:- Een pendule op een mahonijhout voetstuk met een marmer blad, honderdvijfentwintig guldens. F 60:- Een boekekastje met een marmer blad / ledig / zestig guldens. Daarop: F 12: - Een rood en groen verlakte tafellamp, twaalf guldens. In bovengemeld buf(f)et: F10:- Zeven differente verlakte bladen, tien guldens. F.10:- en een glaze zuikerkom, tien guldens. F1:50 Twee deserttrommeltjes, een gulden vijftig cents. F 4:- Een koffij kannetje, een suikertrommeltje, een siroopblikje en een koffijtrommel, vier guldens. F4:- Vier porceleine borden en twaalf paar differente dito kopjes en schoteltjes, en drie dito kommetjes, vier guldens. F3:- Negen differente kelken, een karaf en drie bierglazen, drie guldens. F6:- Een olij en azijn servies, zes guldens. F 8:- Twee vergulde en twee Chinees kopere kandelaars met een pleet bakje en twee snuiters acht guldens. F5:- Een brood en een messen-mand en twee zout en peper vaatjes, vijf guldens. Transport F709:50 | F2:- Tien differente flessebakjes (= bakje, om onder een [wijn]fles te zetten), twee guldens. F 6:- Een rood verlakte koffij vaas, zes guldens.
In de Zaal.
Voor de glazen: F10:- Twee ruwe ophaal gordijnen, tien guldens. Aan de wand: F18:- Zes schilderijen achter glas, achttien guldens. F60:- Een spiegel
met een vergulde lijst (waarschijnlijk de spiegel die hij later van zijn moeder, Cornelia Reessen, zou erfen) , zestig guldens. Op de vloer: F10:- Een karpet, tien guldens. Verder in het vertrek: F72:- Negen mahonijhoute stoelen met fluweele zittingen, twee enzeventig guldens. F30:- Een kanapé, dertig guldens. F25:- Een mahonijhoute kastje / ledig / vijfentwintig guldens. F1:- Twee tabouretjes, eene gulden. F100:- Een mahonijhoute tafel met inlegbladen, honderd guldens. F10:- Een dito speeltafel met groen laken, tien guldens. F1:- Twee souveniers, eene gulden.
In de gang.
F14:- Een kloklantaarn met een gewigt (= hangklok met vierkante boven en onderplaat en aan de bovenkant voorzien van grote bel), veertien guldens. F25:- Een fontijnstoel met een fontijntje en bak mitsgaders een zilvere kraan, vijfentwintig guldens. F25:- Een termometer, vijfentwintig guldens.
In de tuinkamer.
Voor de glazen: F10:- Twee ruwlinnen ophaalgordijnen, tien guldens. Transport F1128:50
F60:- Twee merinasse statiegordijnen met draperien en franjes, zestig guldens. Op de vloer: F25:- Een grijs geblokt kleed, vijfentwintig guldens. F300:- Tien mahonijhoute stoelen met roode zittingen, twee tabouretjes en een canapé, driehonderd guldens. F150:- Een dito trumeau tafel, honderdenvijftig guldens. F50:- Een tafel met een marmer blad, vijftig guldens. F20:- Een mahonijhout veldtafeltje (= inklapbaar), twintig guldens. F150:- Een forte piano met een muziek kastje, honderdenvijftig guldens. F25:- Een mahonijhout turf en hout kistje, vijfentwintig guldens. F25:- Een dito kastje, vijfentwintig guldens. F2:- Drie stoven, twee guldens. Aan de wand: F200:- Een spiegel met een vergulde lijst en twee branches (= bijpassende kandelaars), tweehonderd guldens.
In de alcoof.
F10:- Een speeltafeltje met groen laken overtrokken, tien guldens. F3:- Een geschilderd hoektafeltje, drie guldens. F7:- Een tafelpersje, zeven guldens. F3:- Een vloerkleedje, drie guldens. F2:- Een boekenrek, twee guldens.
In een vaste kas (t).
F10:- Twaalf wijnglazen, tien guldens. F18:- Een likeurdrager, achtien guldens. F20:- Twee geslepen compotes, twintig guldens. F50:- Vier groote en twee kleine vergulde kandelaars, vijftig guldens. Transport F 2258:50. | F3:- Een kruidenwijnglas, drie guldens. F 9:- Negentien paar porcelein theegoed, negen guldens. F4:- Een roode en een geele aarde theepotten, een melkkan en een suikerpot, vier guldens. F6:- Eenentwintig differente groene romers (= roemers = wijnglazen), zes guldens.
In de provisiekamer.
F1:50 Twee theebusssen, eene gulden vijftig cents. F3:- Een glaze stolp, drie guldens. F14:- Een geslepen glaze roomkom, veertien guldens. F14:- Een wit tafelservies met blaauwe randen / defect veertien guldens. F2:- Twee porceleine spoelkommen, twee guldens. F20:- Een beeldje en twee albaste vazen, twintig guldens. F20:- Twee geslepen vazen, twintig guldens. F30:- Twee castanje vazen (= kastanjevazen = vazen met twee oren of ringen, op hoge voet, altijd per set) dertig guldens. F8:- Acht differente bloempotten met bakken, acht guldens. F2:- Zes Japansche potten en twee bagijne potten, twee guldens. F10:- Twee porceleine inktkokers en twee vaasjes, tien guldens. F8:- Vier paar Fransch porceleine kopjes en schoteltjes acht guldens. F5:- Vier tafelkomforen, vijf guldens. F2:- Vijf keldervlesjes en zes bloemglazen, twee gulden. F3:- Eeene roode Oostindische pot, drie guldens. F4:- Een koelbekken, vier guldens.
In het kantoor.
Voor de glazen: F5:- Twee ruw linnen ophaal gordijnen en twee sassinetten (= kleine gordijntjes aan de onderkant van het raam) Transport F 2427: -
vijf guldens. Op de vloer: F6:- Een smirna's carpet, zes guldens. F25:- Een schrijftafel met loketten, vijfentwintig guldens. F8:- Een fauteuille en vier geschilderde stoelen met matte zittingen, acht guldens. F 4:- Een geschilderde schrijftafel, vier guldens. F3:- Een glad ekenhout tafeltje, drie guldens.F1:- Een glad kistje, eene gulden. F50:- Een mahonijhout bureau kabinet, vijftig guldens. Daarin: Papieren van geen waarde. F30:- Een mahonijhoute boekenkas, dertig guldens. Daarin: F70:- Eenige boeken ter waarde van zeventig guldens. F10:- Een Vriesche hangklok, tien guldens. F1:50 Een kantoorlamp, een gulden vijftig cents.
In de mangelkamer.
F36:- Een bruin e(i)kenhoute mangel, zesendertig guldens, F1:50 Een strijktafel op schragen en vier mangeldoeken eene gulden vijftig cents. F1:- Een vierkant tafeltje, eene gulden. F3:- Drie kleerbakken en twee baliemanden en een sluitmandje, drie guldens.F2:- Twee strijkijzers, twee guldens. F2:- Een spiegel met een bruine lijst, twee guldens. F2:- Vijf stoelen, twee guldens. F3:- Een tinne watervlesch, drie guldens. F3:- Twee kamerpotten, drie guldens. F5:- Vier tangen en twee poken, vijf guldens. F1:- Een ijzerpotje, eene gulden, F1:- Een tobbe met ijzere banden, eene gulden. Transport F2701: - |
In de keuken.
F10:- Een kopere braadpan en deksel, tien guldens. F12:- Twee dito waterketels, twaalf guldens. F6:- Twee ijzere stookpotten, een tang en twee kettings zes guldens. F6:- Een ijzere kookpot, doofpot en een vuurdrager, zes guldens. F2:- Twee koekepannen, een vleeschvork en een ijzere lepel, twee guldens. F2:- Twee katoene schoorsteenvallen, twee guldens. F6:- Twee theestoven en twee kopere ketels, zes guldens. F1:- Een koper koffij keteltje, eene gulden. F2:50 Een vijzel en stamper, twee guldens vijftig cents. F1:50 Een kopere koffij en chocolade kan, eene gulden vijftig cents. F1:- Een koffijmole en een blaker, eene gulden. F2:- Een tinne theepot, een peperbus en twee theeblaadjes, twee guldens. F3:- Drie trommels, een kaarsebak, slabak en sla emmer, een lantaarn en een lamp, drie guldens. F2:- Een mahonijhoute messebak, twee guldens. F2:- Een Vriesche klok, twaalf guldens. F2:- Een keukentafel en een spiegel, twee guldens. F4:- Een waschblik, drie blakers, een hakmes en een schuimspaan, vier guldens. F5:- Twee emmers met kopere banden, vijf guldens. F4:- Een tinne inktkoker en een kopere rasp, vier guldens. F1:50 Drie keukenstoelen, eene gulden vijftig cents. In een vaste kas(t): F20:- Een roomcouleurd tafelservies, twintig guldens.
In de kelder.
F6:- Veertien Keulsche potten en pannen en twee kruiken transport F2806:50
zes guldens. F1:50 Een kaarsse kist, eene gulden vijftig cents. F5:- Een kopere glazewasch spuit, vijf guldens. F8:- Een kopere ketel en deksel, acht guldens. F2:- Een dito dito, twee guldens. F2:- Een kastrol (= braadpan) en deksel, twee guldens. F4: - Drie deksels en een schuimspaan, vier guldens. F1:50 Twee braadroosters, eene gulden vijftig cents. transport F2836:50
Men is bezig geweest van des voorde middags tien uren tot dat de klok half vier uren des nademiddags geslagen had, besteed zoo tot het opmaken en coucheren van het bovenstaande hoofd van deze inventarisatie als tot het opnemen, waarderen en beschrijven van al het hiervoorgebragte en is al hetzelve even als het nog niet geinventariseerde gelaten in het bezit en onder bewaring van den in den hoofde dezes genoemden Heer Requisant, die zulks ook erkent en zich daarmede belast te einde al hetzelve wederom opteleveren of te verantwoorden, wanneer en aan wien zulks behoren zal, en is de vacatie tot continuatie van deze inventarisatie uitgesteld tot en bepaald op heden na middags ten vijf uren.
En hebben daarop de Heeren Requirant en de toezieende Voogd, mitsgaders de deskundige Johanna Vereeken, de voornoemde | getuigen benevens mij notaris na gedane voorlezing alhier getekend. (Handtekeningen)
Tweede vacatie.
En ten voorschreeven dage des nademiddags ten vijf uren, en gevolge de bepaling bij het slot der voorgaande vacatie gemaakt, wordt door mij Willem Arnoldus Haselaar, openbaar notaris voornoemd, in tegenwoordigheid van getuigen en ten verzoeke bijwezen en aanwijzen als voren de
voorschreve inventarisatie gecontinueerd in maniere navolgende:
Vervolg van het huisraad, meubelen en inboedel, linnen, klederen enz: getaxeerd als vooren
Op het portaal of overloop boven.
Aan de wand: Eenige schilderijen, zijnde familjestukken en dus niet afzonderlijk tot dezen boedel behorende. Op de vloer: F5:- Een kleed, vijf guldens. F30:- Een pers, dertig guldens. transport F2871:50
Op de linker boven voorkamer.
F7:- Een spiegel met een vergulde lijst, zeven guldens. F8:- Acht differente stoelen, acht guldens. F36:- Een mahonijhoute bedtafeltje met marmer blad, zesendertig guldens. F8:- Twee nieuwe stroomatrassen, acht guldens. F3:- Twee oude dito, drie guldens. F110:- Een bed, een rolpeuluw, een groen en een klein kussens, een geruite beddezak en een peuluwsloop, honderdentien guldens. F100:- Een bed, een peuluw en vier kussens. honderd gulden. F40:- Twee paardehare matrassen, veertig guldens. F2:- Een geschilderd loquetkastje (=kast met vakken) / : ledig : / twee guldens.
Op de jonge Juffrouw kamer.
Voor de glazen: F4:- Twee ruw linnen gordijnen, vier guldens. Aan de wand: F6:- Een spiegel met een vergulde lijst, zes guldens. Op den grond: F5:- Eenige matten, vijf guldens. Verder in het vertrek: F5:- Vier stoelen, vijf guldens. F2:- Een boekenrek, twee guldens. F10:- Een geschilderde kas (t), tien guldens. Daarin: F30:- Eenige boeken, dertig guldens. F16:- Een geschilderde chifonière (= ladekast), zestien guldens. Daarin: Niets dan klederen van de jonge Juffrouw. F10:- Een mahonijhout speeltafeltje, tien guldens. F10:- Een dito waschtafel, tien guldens. Daarop: F3:- Een lamp en twee karaffen, drie guldens. Transport F3286:50 | F1:- Een geschilderd nachttafeltje, eene gulden. F5:- Een tafel met waschdoek ingelegd, vijf guldens. F25:- Een ledikantje met chit... behangsel, vijfentwintig guldens. Daarin: F5:- Een stroomatras, vijf guldens. F16:- Een paardehare dito, zestien guldens. F30:- Een bed, overtrek en twee kussens, dertig guldens. F8:- Twee wolle dekens, acht guldens. Voor een bedstede: F6:- Twee meubel chitu... gordijnen, zes guldens. F1:- Een tafelschel, eene gulden. (Niet duidelijk is of de bedstede bij de kamer van de jonge Juffrouw hoort of niet.)
Op de kinderkamers.
Voor de glazen: F4:- Twee ruw linnen gordijnen, vier guldens. Aan de wand: F2:- Een spiegel met een geschilderde lijst, twee guldens. Op de vloer: F4:- Een grijs kleed, vier guldens. Verder in het vertrek: F6:- Vijf stoelen, zes guldens. F3:- Een vuurmand en kleed, drie guldens. F2:- Een geschilderde tafel, twee guldens. F1:- Een dito waschtafel, eene gulden. F20:- Een e(i)kenhoute linnenkast, twintig guldens. Daarin: Niets dan kinderklederen. F14:- Een geschilderd ledikant met groene gordijnen, veertien guldens. F3:- Een tinne kamerpot, drie guldens. F100:- Een bed, een peuluw en vier kussens, honderd guldens. F12:- Een wolle en twee katoene dekens, twaalf guldens. F7:- Twee stroomatrassen, zeven guldens. Transport F3561:50
F5:- Een glad gemakkoffertje, vijf guldens.
Op de slaapkamers.
Aan de wand: F20:- Een spiegel met een vergulde lijst, twintig guldens. Op de vloer: F40:- Een grijs kleed, veertig guldens. Verder in het vertrek: F16:- Zes geschilderde stoelen, met zwarte zittingen, zestien guldens. F30:- Eene mahonijhoute comode, dertig guldens. F12:- Een bureautje met een horologe kastje daarop, twaalf guldens. F20:- Een geschilderd ledikantje met nankijn (= Chinese geelachtige katoenen stof) behangsel, twintig guldens. Daarin: F25: - Een stroo en twee paardehare matrassen, vijfentwintig guldens. F30:- Een bed en twee kussens, dertig guldens. F8:- Eene groene chitse deken en een meubel chitse ... acht guldens. F14:- Een mande ledikantje met merinos behangsel, veertien guldens. Daarin: F18:- Een stroomatras, een paardehare dito, een hoofd peuluw en twee kussens, achttien guldens. F3:- Een wolle en een plisé dekentjes, drie guldens. F1:50 Een geschildert nachttafeltje, eene gulden vijftig cents. F250:- Een mahonijhout ledikant met een groen behangsel, tweehonderdenvijftig guldens. Daarin: F50:- Twee paardehare matrassen, vijftig guldens. F150:- Een bed, een peuluw, twee groote en een klein kussen transport F4104:- | en een overtrek, honderdenvijftig guldens. F30:- Twee wolle dekens en een witte spreij, dertig guldens. F36:- Een waschtafeltje met een marmer blad, zesendertig guldens. F12:- Een waschtafel met lampetkan en kom, twaalf guldens. F12:- Een werktafeltje, twaalf guldens. F10:- Een inschuiftafel, tien guldens. F150:- Een mahonijhoute garderobekast, honderdenvijftig guldens. Daarin: Op de eerste plank: Eenige doozen van geene waarde. Op de tweede plank: F30:- Drie japonnen en een mantel, dertig guldens. F30:- Een palentine (= een korte omslagdoek met twee lange slippen aan de voorkant, vaak van bont of veren), dertig guldens. Op de derde plank: F70:- Een doos met met schaals (= sjaals), mutzen chemisettes (borststukken), en een waaijerhoed, zeventig guldens. Op de vierde plank: F48:- Vierentwintig hembden, achtenveertig guldens. F22:- Elf broeken, twee entwintig guldens. F6 :- Vier borstrokken, zes guldens. F18:- Vijfentwintig paar kousen, achttien guldens. F21:- Eenentwintig zakdoeken, eenentwintig guldens. F16:- Elf fijtels (= feitel = morsdoek), zestien guldens. F16:- Acht jakken, zestien guldens. F5:- Twee wolle rokken, vijf guldens. F6:- Zes paar onderkoussen, zes guldens. In de eerste lade: F60:- Vier japonnen, zestig guldens. Transport F4852: -
In de tweede lade: F20:- Vier japonnen, twintig guldens. In de derde lade: F36:- Vier dito, zesendertig guldens. In de vierde lade: F25:- Eene zijde
doekje, vijfentwintig guldens. In de vijfde en onderste lade: F40:- Achttien damaste voorspellers en eenig kindergoed behorende tot een luiermand, veertig guldens. F12:- Een Dames werktafeltje, twaalf guldens. F25:- Een Fransch porcelein theeservies met twaalf paar koppen en schootels, vijfentwintig guldens. In een vaste linnenkas(t): F90:- Achttien beddelakens, negentig guldens. F42:- Veertien dito, twee enveertig guldens. F60:- Zesendertig kussensloopen, zestig guldens. F36:- Vierentwintig dito, zesendertig guldens. F12:- Twaalf kleine dito, twaalf guldens. F370:- Twaalf tafellakens en honderdvijftig servetten, driehonderdzeventig guldens. F180:- Een damast tafellaken met vierentwintig servetten, honderdentachtig guldens. F70:- Twee tafellakens en vierentwintig servetten, zeventig guldens. F50:- Tien tafellakens en dertig servetten, vijftig guldens. F16:- Zestien damaste handdoeken, zestien guldens. F44:- Vierenveertig handdoeken, vierenveertig guldens. F40:- Veertig dito, veertig guldens. F22:- Elf kinderlakentjes, twee entwintig guldens. Transport F6042:- | F44:- Twee witte en twee wolle dekens, vierenveertig guldens, F12:- Een meubel chitsch canapé kleed, twaalf guldens.
Op het knegtskamertje.
F1:50 Drie turfmanden, eene gulden vijftig cents. F1:50 Een ijzere standaard, eene gulden vijftig cents.
Op de kleerzolder.
F30:- Een geschilderd ledikant met behangsel, dertig guldens. F3:- Een geschilderde kist, drie guldens. F2:- Een veldtafel, twee guldens. F10:- Twintig droogstokken, tien guldens. F22:- Drie wolle en een katoene dekens, twee en twintig guldens. F4:- Twee blaauwe gordijnen en een val, vier guldens. F2:- Een nachttafeltje, twee guldens. F64:70 Vier kagchels en een haardkagchel met de daarbij behorende gereedschappen, vierenzestig guldens zeventig cents. Transport F6238:70. En hiermede de verrigtingen van de schatster voornoemde Johanna Vereeken zijnde afgeloopen, heeft dezelve, na de deugdelijkheid den vooren staande door haar gedane waarderingen alsnog te hebben bevestigd, na gedane voorlezing alhier geteekend. (handtekening)
Paerlen, juwelen, gemaakt goud en zilverwerk, getaxeerd door den Heer Cornelis van Eeden voormeld.
F110:- Vier rang fijne paerlen, honderdentien guldens. F30:- Een paar brasseletten van paerlen, dertig guldens. F14:- Een goud kruis met paerlen, veertien guldens. F10:- Een paar paerl oorbelletjes, tien guldens. F75:- Een paar juwele dito, vifenzeventig guldens. F30:- Een juwele handring, dertig guldens. F36:- Een bloed corale collier, zesendertig guldens. F5:- Een paar dito oorbelletjes, vijf guldens. F7:- Een paar granate dito, zeven guldens. F3:- Een paar goude oorbelletjes, drie guldens. F8:- Een paar goude dito, wegende zes wigtjes en twee korrels, acht guldens. F2:- Een goud ringetje met haar, twee guldens. F35:25 Een zilveren theepot, wegende drie onzen, zes loden en vier wigtjes, vijfendertig guldens vijfentwintig cents. F20:25 Een zilvere melkkan, wegende twee ons en negen wigtjes, twintig guldens vijfentwintig cents. F20: 25 Een dito theekistje, wegende twee onsen en negen wigtjes, twintig guldens vijfentwintig cents. F15:75 Zeven dito theeepeltjes, wegende twee loden en vier wigtjes, vijftien guldens vijfenzeventig cents. F540:- Drie douzijnen zilvere lepels en vorken, wegende vijf ponden, zes onsen, een lood en drie wigtjes, vijfhonderdveertig guldens. F226:-
Twee douzijnen dito desert dito en dito, wegende twee ponden, een ons en zes lood, transport F961: 50 | tweehonderdzesentwintig guldens. F19:50 Een zilvere souplepel, wegende twee ons en twee wigtjes, negentien guldens vijftig cents. F45:- Een goud collier horloge met een goude haak en dito ketting, vijfenveertig guldens. F30:- Een dito geëmalieerd horloge, dertig guldens. F21:- En Fransch goud horlogie, eenentwintig guldens. Transport F1303:- Hiermede ook de werkzaamheden van dezen schatter zijn afgeloopen, heeft dezelve, na alvorens de deugdelijkheid zijner voorenstaande gedane waarderingen alsnog te hebben bevestigd, na gedane voorlezing alhier geteekend. (handtekening)
F700: - Het kraam bloembollen, bestaande in vijfendertig soorten van hijacinthen etc: door den Heer Jan Keizer voornoemd getaxeerd op zevenhonderd guldens, heeft dezelve na de deugdelijheid van die waardering bij herhaling te hebben gestaafd, alhier na voorlezing geteekend. (handtekening)
Vastgoed.
F300:- Een huis en erve, staande en gelegen in de Kraaienhorsterstraat of Reekhuizen, belend te zuiden een koetshuis en ten noorden een groote tuin, bestaande eeen gedeelte van dezen tuin en twee grondjes
behorende aan deze stad en door dezelve precario afgestaan, belend ten zuiden en noorden de stad, achter strekkende aan de stadstuin, geteekend Wijk 6 No: 461, 462, 463, 464, 465 en 466, getaxeerd als in den hoofdes dezes is gemeld door Jan Seelen en Nicolaas Roepius op driehonderd guldens, waarna deze deskundigen, als hiermede ook hunne werkzaamheden zijnde voltooid, na bij herhalig de deugdelijkheid hunnen gedane waardering te hebben bevestigd, alhier na gedane voorlezing hebben geteekend. (handtekeningen)
Contante penningen.
F443:65 De contante penningen welke op het overlijden in cas zijn bevonden en overigens den boedel waren aankomende, hebben te zamen bedragen eene somma van vierhonderddrieenveertig guldens vijfenzestig cents.
Schulden en lasten des boedels.
Eerstelijk begrafeniskosten.
F487:20 Deze hebben volgens verklaring door den Heer Requirant en Rendant (= rekeningvoerder) gedaan en door den Heer Toezienden Voogd geaccepteerd, tezamen beloopen eene somme van vierhonderdzevenentachtig guldens twintig cents. | F397: 85 En dan nog declareerd gemelde Heer Requirant en Rendant, dat de verdere schulden des boedels bij opneming aan hem zijn gebleken te bedragen, en met welke verklaring de Heer Toeziende Voogd na bekomene genoegzame ouverture, genoegen neemt, eene somma van driehonderdzevenennegentig guldens vijfentachtig cents. Transport F885:05
Hebbende de Heer requirant eindelijk nog verklaard de kosten der benoeming des Toeziende Voogd en van deze inventaris alhier niet in rekening te willen brengen, maar ten faveure zijner kinderen voor zijne particuliere rekening te nemen voor memorie.
Recapitilatie
Het huisraad, meubilen en inboedel, linnen, klederen etc: F6238:70. Paerlen, juwelen, gemaakt goud en zilverwerk F 1303:- Het kraam bloembollen F 700:- Het huis en erve F300:- De contanten F 443:65
De voordeelige staat dezes boedels bedraagt alzoo eene somma van achtduizendnegenhonderdvijfentachtig guldens vijfendertig cents.
F 8985:35
en de nadelige staat, waarop ook de begrafeniskosten ingevolge begeerte van den Heer Requirant, 't welk de Heer Toeziende Voogd in het belang der minderjarigen heeft geaccepteerd transport F8985:35
tot laste van den gemeenen boedel blijven uitgetrokken, daarentegen gelijk zoo even is gebleken, een somma van achthonderdvijfentachtig guldens en vijf cents
F885:05
Zoo blijkt dat het zuiver saldo dezes gemeenen boedels bedraagd eene somma van achtduizendeenhonderd guldens en dertig cents
F8199:30
Waarin compareerden
Aan den Heer Requirant en deze eerstelijk uit kragte van de gemeenschap van goederen voormeld de helft en daar nog als geinstitueerde mede erfgenaam van wijle Zijn Ed: Echtgenote een vierde in de wederhelft, uitmakende der overledene's nalatenschap, en dies tezamen vijfachtste ten somma van vijfduizendtwee enzestig guldens achtenzestig en driekwart cents
F5062: 68 3/4
en aan den overledene's voormelde drie kinderen de resterende drie vierde in zoo evengemelde wederhelft a drieduizendzevenendertig guldens eenenzestig en een quart cents
F3037:61 1/4
Onder den last evenwel van het vruchtgebruik van één derde der laatstgemelde drie vierde ten behoeve van den Heer Requirant zijn leven lang gedurende.
Tot al het vorenstaande in deze vacatie begrepene, is men bezig geweest van des nademiddags ten vijf uren tot dat de klok elf uren des avonds geslagen had. | Dit gedaan zijnde en niets meer gevonden wordende om in deze inventaris te worden gebragt, of daarbij opgegeven, is al het in deze vacatie gebragte even als het in de vorige vacatie begrepene gesteld en gelaten in het bezit en onder de bewaring van den in den hoofde dezes genoemden Heer Requirant, die zulks ook erkent en zich daarmede belast, ten einde al hetzelve wederom opteleveren of te verantwoorden, wanneer en aan wien zulks behoren zal en heeft daarop dezelve Heer Requirant als Rendant met eede in handen van mij notaris afgelegd, verklaard, dat deze inventaris in allen opzichte is deugdelijk en opregt en niets te hebben verzwegen of achtergehouden van hetgeen hem bekend, daarin behoorde te zijn vervat of daarbij opgegevene noch te weeten of gezien te hebben, dat iets zoodanigs verzwegen of achtergehouden is.
Waarop de Heeren Requirrant en Toeziende Voogd, mitsgaders Jacob de Buij
en Theodorus Erdstieck voornoemd, als getuigen, benevens mij notaris, na gedane voorlezing alhier hebben getekend. (handtekeningen)